Exact 450 jaar geleden kwam de geuzenopstand tot een voorlopig hoogtepunt in Haarlem. Sinds Den Briel en Vlissingen in april in geuzenhanden waren gevallen, was bijna elke dag iets ongeziens gebeurd. Tegen de zomer waren de geuzen erin geslaagd om het grootste deel van Zeeland en Holland in opstand te laten komen of te dwingen om zich aan Oranje te binden. Verschillende hoofdpersonages uit In opstand! stonden vooraan op de barricades. Uiteraard de beruchte Lumey, die de watergeuzen naar een onverwachte overwinning leidde in Den Briel en daarna plaatsvervangende stadhouder van Zuid-Holland werd tot Oranje zou arriveren. Ook Filips van Marnix die de Eerste Vrije Statenvergadering in Dordrecht voorzat, waar de basis werd gelegd voor de politieke onafhankelijkheid. En Lodewijk van Nassau die vanuit Frankrijk Bergen kon innemen, maar uiteindelijk de aftocht moest blazen door het overwicht van het Spaanse leger van de hertog van Alva. Uiteraard eiste ook Nicolaas Ruychaver een hoofdrol op, die van Den Briel tot Noord-Holland de geuzenlegers aanvoerde en uiteindelijk in zijn Haarlem de opstand zag zegevieren.
Er was veel geweld geweest. Soms leek 1572 meer op een burgeroorlog dan op een opstand. De geuzen waren als wilden tekeer gegaan tegen de katholieke instituties. Daarbij bleef het niet bij beeldenstormen en afpersingen. Priesters en kloosterlingen waren vermoord, onder meer in opdracht van Lumey. Geestelijken waren verminkt als wraak voor de katholieke onderdrukking. Zo was er Gautier Herlin die bij elke priester die hij te pakken kreeg de neus en de oren zou afgesneden hebben, een straf die hemzelf ook was overkomen. De regeringstroepen waren genadeloos gewelddadig in hun pogingen om de opstand neer te drukken. Steden die de kant van de Oranje en de geuzen hadden gekozen betaalden hun rebellie met plunderingen, mishandelingen en soms zelfs moordpartijen. De eerste was Rotterdam geweest. Het havenstadje had enkele dagen na de geuzeninname van Den Briel de poorten gesloten voor stadhouder Bossu. Maar toen die toch de toegang wist te forceren, volgde er een bloedbad. Het is gissen naar het aantal slachtoffers. De geuzenpropaganda dikte die maar al te graag aan, terwijl de Spaanse legerleiding en de regering in Brussel het eigen geweld relativeerde. Maar één ding is zeker: in 1572 vloeide het bloed in de Nederlanden als nooit tevoren… Je leest erover in mijn boek.
Terug naar 18 december 1572. Toen het geuzenjaar ten einde kwam leek de opstand gedoemd te mislukken. Na het gefaalde bevrijdingsoffensief van Oranje was de hertog van Alva vanuit Bergen op een strafexpeditie vertrokken. De ene na de andere opstandige stad moest terug onder zijn gezag worden gebracht. Begin oktober was Mechelen als eerste aan de beurt. Dagenlang werd er in de Brabantse stad gemoord, verkracht en geplunderd.





In november volgde Zutphen. Meer hierover lees je in het boek van collega Johan Visser. Op 1 december gaf Naarden zich over en daar kwam het tot een vreselijke slachtpartij waarbij honderden burgers omkwamen.





Na Naarden werd het koninklijke leger in het regeringsgezinde Amsterdam onthaald als bevrijders. In Haarlem besefte geuzenkapitein Nicolaas Ruychaver dat zijn stad de volgende zou zijn. Hij wist dat het niet evident zou zijn om de meerderheid van katholieken in de stad te overtuigen om het verzet vol te houden. Tot overmaat van ramp trokken drie katholieke stadsbestuurders heimelijk naar Amsterdam om Haarlem over te geven. Maar onder impuls van ‘luitenant’ Wigbolt Ripperda en Filips van Marnix werd besloten om de stad niet op te geven. Daarop begon het regeringsleger de omsingeling. Een poging van Lumey om met een geuzenleger Haarlem te ontzetten mislukte. Op 18 december volgde de eerste bestorming en twee dagen later een tweede. Haarlem bleef zich verzetten, maar het beleg was nog maar net begonnen. En zo kwam exact 450 jaar geleden de geuzenopstand tot een kantelmoment dat de verdere geuzengeschiedenis zou bepalen.




Tijdens het beleg van Haarlem schreven de geuzen een van hun strafste strijdliederen, waarin ze de moed van de geuzenluitenant Wigbolt Ripperda bezongen. Ik bewerkte het 450 jaar oude geuzenlied en ter gelegenheid van deze bijzondere herdenking breng ik het jullie in onderstaande video:
Duc d’Alve zond drie getrouwen
voor Haarlem, die stad valiant
of zij de stad opgeven wouden,
of wij eisen de stad te zwaard en te brand.
Toen sprak een burger van waarde:
‘Wij hebben van zijn genade gehoord
aan die schamele burgers van Naarden
die zijn o deerlijk vermoord.’
‘Man, vrouw, kind, men sloeg alle dood
die van Zutphen deden open de poort
men wou ze in genade ontvangen
maar zijn geslagen en gehangen.’
‘De stad gaan wij niet opgeven,’
sprak die moedige geuzenluitenant,
‘wij willen haar bewaren van ’s konings wegen
en geven ons in Gods hand.’
Vive le geus dat blijft onze leus.
Slaat op de trommele van dirredomdeus!
‘Hoort, toe mensen nu ter tijd
Gij die de Spanjaard gunstig zijt
Gij wenst hem alle vrede.
Meent gij daar door te zijn bevrijd?’
‘Zijt gij zo slecht man en vrouw?
Meent gij dat u dat baten zou?
Dat men u katholieken noemen
zoals Bossu is gekomen.’
‘Hij nam Rotterdam met geweld.
Wie heeft hij van de geus vermeld?
Of naar geloof doen vragen?
Toch werden lieden doodgeslagen.’
‘Spiegelt u aan Mechelen in Brabant.
Zij kwamen ongewapender hand
de Spanjaard tegemoet gegangen.
Wat loon hebben die ontvangen?’
‘De stad gaan wij niet opgeven,’
sprak die moedige geuzenluitenant,
‘wij willen haar bewaren van ’s konings wegen
en geven ons in Gods hand.’
Vive le geus dat blijft onze leus.
Slaat op de trommele van dirredomdeus!
‘Men zag Haarlem bestormen.
Met macht vielen de Spanjaards aan.
Daar lagen zo velen gestorven.
Viermaal zijn ze geslagen daar van.’
‘Want de vrouwen kwamen zo stoutelijk aan
met stenen, pekrepen vuur en vlam
wierpen ze de Spanjaards van de muren
en die kreten als lelijke dieren.’
‘De stad gaan wij niet opgeven,’
sprak die moedige geuzenluitenant,
‘wij willen haar bewaren van ’s konings wegen
en geven ons in Gods hand.’
Vive le geus dat blijft onze leus.
Slaat op de trommele van dirredomdeus!
© Pieter Serrien – In opstand! – 2022

Gut Pieter, wat heb jij toch veel talenten, ook nog een lied ten gehore brengen…erg leuk zo te zien en horen, en wat een boek nu weer verschenen over de geuzen…Sjonge ga door in voorspoed en veel mooie geschiedenis verhalen
Woaww graaf gedaan! Geweldig om oude liederen terug te zingen!