Meer info over het boek

Terug naar het overzicht van V-inslagen

(c) Frans Claes

Na de twee dodelijke V2-inslagen op 13 oktober duurde het zes dagen voor er opnieuw doden vielen in Antwerpen. Het begon in de ochtend met een V2-inslag in de Borgerhoutse Fonteinstraat, waarbij twee dodelijke slachtoffers te betreuren vielen. Kort na de middag zaaide een tweede V2 terreur in Borgerhout. Ditmaal waren er maar liefst 44 doden en bijna 100 zwaargewonden. Het kruispunt van de Kroon-, Oedenkhoven- en Milisstraat was volledig weggevaagd. Borgerhout was in zijn hart getroffen.

(c) Frans Claes

‘Het was spectaculair’, vertelt brandweerman Pierre Lepomme. ‘Die bom was in het midden van het kruispunt gevallen en de vier hoeken waren weg. Toen we daar aankwamen, was het een hoop puin.’ Ook de Amerikaanse soldaat Kenneth Hartman (°1921) was bijzonder aangedaan: ‘Gebouwen van drie verdiepingen waren volledig weggeslagen, waardoor de aanpalende woningen aan één kant geen buitenmuur meer hadden. De mensen konden nergens heen, waardoor regen en wind vrij spel hadden in hun woonkamer.’ Maria De Roeck (°1928) woonde in de nabijgelegen Langstraat: ‘De inslag was erg beangstigend, hij was deze keer wel heel dichtbij. Ik vroeg me af of we dit wel zouden overleven. Alles daverde en overal vielen stukken naar beneden. Het was paniek alom. Op elke hoek van het kruispunt was een winkel of een café. Mensen die we tevoren nog gezien hadden, waren allemaal dood. In heel de buurt heerste een bedrukte, meevoelende sfeer. Er groeide zelfs een soort band tussen de getroffenen.’

(c) AMSAB Gent

3 gedachten over “19 oktober 1944: V2 Kroonstraat Borgerhout

  1. Die dag was mijn bompa, Eduard Oerlemans, ’s middag even over huis gekomen van zijn werk. Gewoonlijk ging hij heel stipt terug aan het werk maar voor een keer was hij wat later vertrokken. Mijn grootouders woonden toen in de Marinisstraat. Doordat hij enkele minuten later was vertrokken kwam hij dus ongelukkiger wijze op het verkeerde moment op het kruispunt van de Kroonstraat aan.
    Mijn grootmoeder bleef hoogzwanger met drie jonge kinderen achter. Mijn vader die -met 14 jaar- de oudste was moest meteen voor het hele gezin zorgen. Hij heeft het verlies van zijn vader nooit kunnen verwerken. Ook bleef hij telkens weer de verhalen van de oorlog vertellen het beheerste als het ware zijn hele leven. Hierbij kwam ook nog dat hij in de Joodse buurt woonde zodat hij al zijn buren en vriendjes zag vertrekken. Dit had een zware impact op hem. Mijn vader, die beeldhouwer was, heeft twee pakkende beelden in hout gemaakt van Sylvain en Myriam. Binnenkort zullen deze beelden aan Kazerne Dossin geschonken worden omdat die kinderen naar daar werden afgevoerd.
    Terugkomende op het bombardement van 19 oktober 1944 wil ik nog kwijt dat dit niet enkel sporen nalaat op de betrokkenen, maar het leed gaat zelfs over de generaties. Ik ben, op drie dagen na, tien jaar later geboren en door de verhalen te horen en het feit dat ik mijn bompa niet heb gekend, voel ook ik veel verdriet en gemis. De eerste keer dat ik de foto’s van de Kroonstraat zag waren een echte schok voor mij. Ik ween nog voor mijn bompa die ik nooit heb gekend. R.I.P. bompa Eduard XXX

  2. Mijn vader. Marcel Defillet, geboren 19 oktober 1910. Op 19 oktober 1944 zat hij op de trein toen hij hoorde van de bom. Hij woonde daar, boven een café op één van de vier hoeken. Het café was van zijn schoonouders die daar, samen met zijn vrouw Florence, op dat moment waren. Hij had met zijn vrouw afgesproken om ’s avonds naar de cinema te gaan om zijn verjaardag te vieren. Ze zou, tegen dat hij thuis kwam, naar zijn ouderlijk huis in de Van Schoonhovenstraat komen want dat was dicht bij de cinema. In het station probeerde hij zijn schoonhouders te bellen maar kreeg geen gehoor. Mijn vader ging naar zijn ouderlijk huis en belde aan. Zijn broer deed open en mijn vader wist aan diens uitdrukking genoeg. Ze waren alle drie dood. Met zijn broer is hij gaan zoeken naar wat er nog te vinden was en zijn teruggekomen met alleen wat overbleef van de gordijnen. Hiervan heeft mijn tante een bedsprei gemaakt en pottenlappen. Die laatste gebruik ik nog altijd. Mijn vader is later hertrouwd met mijn moeder maar heeft dit drama nooit verwerkt. Het is pas toen ik al lang volwassen was dat ik dit verhaal te horen kreeg van mijn tante. Toen begreep ik waarom hij nooit zijn verjaardag wou vieren. Het is ook pas na zijn dood dat ik te weten ben gekomen dat Florence zwanger was. Ik lees dat met die bom 44 mensen gestorven zijn, het zijn er dus minstens 45 want ik ga ervan uit dat het kind, en wie weet nog andere, niet meegeteld werd. Ik ben dankbaar dat ik dit hier mocht typen, in nagedachtenis van Florence en haar ouders, om uit te spreken wat lang in het verborgene gebleven is en om om het ongeboren kind bestaansrecht te kunnen geven.

Geef een reactie op Magi Oerlemans Reactie annuleren